Daarginds de groene heuvels.

Op dit blog vertrouw ik in gedeelten mijn pennenvruchten toe van het houden van vakantie in Frankrijk, het wonen daar en onze belevenissen daarginds.
Ik ben met het schrijven hiervan al begonnen in 1994, waar blijft de tijd ?

Met een "voorraad" van 130 bladzijden, zal ik twee keer per maand een hoofdstuk posten, op de 1ste en 15de van iedere maand.
Ik maak er dus een feuilleton van!

Om privacy redenen heb ik de namen van de personen die in de verhalen voorkomen veranderd.

Lees gezellig mee en een reactie van tijd tot tijd zou ik erg op prijs stellen.
Als het je aanspreekt en je wilt niets missen, dan kun je ook volger worden.
à Bientôt, (tot straks).............Daarginds !

zondag 15 maart 2015

MINOU.... of toch niet?


Op een lentedag kwam er een kat aanlopen, een langharig zwart exemplaar.
De kat zag er een beetje magertjes uit met een doffe vacht.
Suzanne was op dat moment ook bij ons en vond haar zielig, ze had haar een beetje melk verdund met water gegeven en had haar aangehaald.
Waarschijnlijk, ik weet wel zeker, dacht de kat, dat gaat goed daar.
Ze kwam regelmatig langs en bleef soms een poosje in de buurt en dan verdween ze weer. Wij hadden inmiddels een doosje kattenbrokken gekocht omdat ze zo mager was, dachten wij dat ze misschien wel zwervend was!


Op een gegeven ogenblik kwam ze gezellig bij ons op schoot liggen als we buiten zaten en had ze een slaapplekje gevonden in de schuur.
Kortom ze had besloten bij ons te komen wonen!
We hadden op dat moment geen huisdieren meer, dus in feite vonden we het wel gezellig om weer een kat te hebben.
We doopten haar “Minou”, want in onze optie heette iedere Franse kat zo!

Minou knapte zienderogen op, haar vacht begon weer te glimmen en ze keek
pienter uit haar mooie geel/groene ogen.
Voor de zekerheid hadden we bij de buren gevraagd of zij soms een kat misten, maar dat was niet het geval.

Minou voelde zich helemaal op haar gemak bij ons.
 Als ik bij de waslijn was aan het ophangen was, dan lag ze met haar achterpoten breed uitgespreid lekker te zonnen.
Waar we ook bezig waren, ze was altijd van de partij, liep parmantig met haar staart recht omhoog achter ons aan.
Het was inmiddels wel duidelijk geworden dat het een “zij” was!

Op een dag stond ik te wroeten in de aarde en Minou zat op een steen mijn nijvere arbeid gade te slaan.
We waren helemaal op elkaar ingespeeld, ik deed het werk en zij inspecteerde!
Er kwam een donkergroene auto het erf oprijden en er stapte een keurig in het pak gestoken man uit, terwijl hij met zijn armen omhoog geheven riep:
“Ooh, Carbone ben je hier?!
Hij tilde Minou? op en “Carbone” herkende de man, ze knorde gelijk terwijl hij haar op zijn arm had.
Ondertussen had hij zich voorgesteld, hij woonde hemelsbreed gemeten, door de weilanden misschien een halve kilometer bij ons vandaan.
Over de weg was het verder, een paar haarspeldbochten en heuvel op en af.

Ze heette dus Carbone en Bruno (haar baas) vertelde, dat ze al eerder geprobeerd had met één van haar kittens in haar bek, te verhuizen. Naar ons?
Hij had het nog kunnen verhinderen. Hij had haar in de bocht opgewacht en weer mee naar huis genomen.
Vandaar dat ze in het begin af en toe eens langs kwam, ze moest haar kittens nog verzorgen en daarom zag ze er niet zo florissant uit.

Minou/Carbone mocht van Bruno bij ons blijven wonen, hij zei je kunt een kat toch niet dwingen.
Hij had het idee dat ze het bij hen te druk vond, ze hadden meerdere katten, haar langharige tweeling zus, genaamd “Plus Pluche”, haar moeder en nog een kater uit een ander nest.
Ze hadden ook een hond, kippen, ganzen, konijnen, vogels, een hele menagerie, vertelde hij.
Dus vanaf die dag hadden we haar “officieel” geadopteerd en heette ze weer Carbone!

En ook vanaf die dag raakten we bevriend met Bruno en zijn vrouw Christiane, vlotte jongelui met véél gevoel voor humor.

Carbone werd na een poos niet alleen maar dik van het brokjes eten, maar was weer in blijde verwachting.
We hadden in de schuur overal fijne slaapplekjes voor haar gemaakt.
Ze mocht wel binnen totdat wij naar bed gingen, maar dan zette we haar in de schuur, waar ze ook wel uit kon, als ze dat wilde.
Op een ochtend kwam ze niet tevoorschijn, wij gingen op zoek en vonden haar in een doos in de schuur met haar nestje kittens.


Toen hebben we heel de familie verhuisd naar de eetkamer, waar het later toen de kittens meer gingen bewegen dolle pret was.
Wat was er nou leuker dan in ons ouderwetse behang van pluche stof, omhoog te klimmen, je had een prima houvast!

Toen ze de leeftijd hadden om “uit huis” geplaatst te worden, viel dat nog niet mee om ze kwijt te raken.
Iedereen op de campagne heeft “chatons” (kittens) en iedereen bood ze gratis
(à donner) aan!
 Wij ook, we hingen briefjes op bij de supermarkten, via via probeerden we ze, 4 stuks allemaal zwart, 1 poes en 3 katers, kwijt te raken.
Maar iedereen was al voorzien.
We plaatsen een advertentie in een regionaal krantje. En ja hoor er belde een man uit Moulins. Zijn vriendin was bij hem weggegaan en zij had ook de kat meegenomen.
Hij vond dat zo erg, ik had de indruk dat hij het erger vond dat de kat weg was dan zijn vriendin!
Maar goed hij wilde wel een katertje hebben. Wij dachten we moeten de enige poes uit het nest, “die meid”, zoals we haar noemden toch ook kwijt zien te raken.
Ik trok de stoute schoenen aan en stelde die man voor om “die meid” ook te nemen, twee katten is toch gezelliger dan één!
Ach ja, zei hij toen, waar er één kan eten kunnen er ook twee eten.
Hij had echter géén vervoer om ze te komen halen. Zelfs dat vonden we geen probleem, dus wij met twee kittens in een doos naar Moulins gereden, waar hij woonde.
Ze kwamen terecht in een groot huis, waar ook een tuin was. We gaven ook nog een pak brokjes, waar ze aan gewend waren om te eten, er bij cadeau!

Wij reden helemaal blij, dat de transactie was geslaagd, naar huis, naar de twee smurfen die we hadden gehouden, de ene noemde we Smurf en de andere Vlek, omdat hij een minuscuul vlekje onder zijn kin had.

Maar om nou in de toekomst te voorkomen dat we weer moesten leuren met kittens, besloten we een poosje later om Carbone te laten steriliseren.
We maakten een afspraak bij een dierenartspraktijk in een naburig dorp. De praktijk werd gerund door Belgen, dus zij spraken Vlaams en Frans.
We leverden Carbone af en ze zouden bellen wanneer ze klaar was.
Ze belden wel, maar om te zeggen dat Carbone alweer 4 “ampullekes” in haar baarmoeder had, dus moest heel de baarmoeder er uit.
De operatie was goed verlopen en we mochten haar ophalen.

We betaalden de rekening met een cheque en kregen de factuur mee.
De Vlaamse dierenarts moest lachen toen hij ons adres, “Le Taillis” opschreef, want de vertaling daarvan is officieel “het (eiken) hak hout” maar hij zei:
“O ja, het schijtbosje!”
Dat verzon hij niet ter plekke, maar dat stamde nog uit de tijd, dat er geen verharde wegen waren en de mensen met paard en wagen zich verplaatsten.
Wanneer men dan nodig moest ging men even aan de kant in de bosjes zitten!
In het hak hout!


                                       ****************

RECEPT.

SALADE MET KRIELAARDAPPELTJES.

Ingrediënten voor 1 persoon:

- 5 à 6 gekookte krielaardappeltjes
- halve rode paprika
- 2 bosuitjes
- 1 kropje Romano sla
- 1 ei
- 1 kleine wortel
- Peterselie
- Parmezaanse kaas
- olijfolie, witte balsamicoazijn
- peper en zout

Kook de krielaardappels gaar en laat afkoelen.

Kook het ei naar behoefte hard of minder hard en laat het ei afkoelen.
Snijd het kropje Romano sla fijn, de paprika in kleine stukjes, rasp de wortel fijn en snijd de bosuitjes in kleine ringetjes.

Vermeng de groenten met de krielaardappeltjes, leg het mengsel op een bord, maak een dressing van de olie, azijn, peper en zout en sprenkel dit over de salade.
Snijd het gekookte ei in vieren, garneer met wat gesneden peterselie en rasp met een fijne rasp royaal Parmezaanse kaas over de salade.

Als dessert een bakje magere kwark met blauwe besjes.



                                                 ********************

zondag 1 maart 2015

HERFST.



De herfst bracht ons vaak tot begin november nog mooie zonnige dagen met een aangename temperatuur.
Prima weertje om nog buiten bezig te zijn.
Ook werd er dan gezorgd voor voldoende hout om op te stoken in de open haard.
Ondanks de centrale verwarming vonden we het gezellig om `s avonds lekker warm bij de brandende haard te zitten.


Er werd tien kubieke meter mooi droog hout thuisbezorgd en dat moest dan opgestapeld worden in het houthok, boven in de weide.


Didier, de overbuurman kwam regelmatig langs om een praatje te maken en was nooit te beroerd om ons tips te geven.
Dit keer ging het over de aanleg van de moestuin.
Hoewel ik nog heel de winter de tijd had om daar op te studeren, had hij gelezen over een methode om te tuinieren met de maanstanden.
Hij bracht een tijdschrift mee met een heel schema, hoe dat dan zou moeten.
Het kwam er dan wel op neer dat je dan op die en die dag, bijvoorbeeld `s morgens om half zes de boontjes moest leggen!
Nou daar moest ik nog eens over nadenken of ik dat wel leuk zou vinden.
Hij wilde het in ieder geval wel proberen, want alles zou het dan veel beter doen.

Hij wist op alles raad, want als het zover was dat het stuk grasland, waar de moestuin zou komen omgeploegd moest worden, dan gaf hij wel een telefoonnummer van iemand die dat kon doen.
Een ouder mannetje, die dan met een kleine freesmachine op een aanhanger kwam om het klusje te klaren.
Wat zou dat kosten vroegen we, misschien nog met de tarieven van voorrijkosten van Nederland in ons hoofd?
Hij gooide op zijn bekende manier zijn armen in de lucht, haalde zijn schouders op en zei dat het wel mee zou vallen. Die man deed het er bij om een zakcentje te verdienen.

Een keer zeiden we dat we nog meer van die grote keien wilden hebben, waar onze perken in de tuin mee afgezet waren.
Wij vroegen toen hij net instapte in zijn auto, of ze die ook bij de “carrière” (steengroeve) hadden, waar we wel eens grind hadden gehaald.
Hij veerde dan weer energiek op uit zijn auto, leunde op het portier en keek ons ongelovig aan.
“Kopen?, ben je gek!”



In een oude, niet meer werkende steengroeve in een naburig dorp mocht je ze gratis halen.
Hij wees met zijn rechterhand die richting op om vervolgens met zijn linkerhand in een bocht van negentig graden, duidelijk te maken, dat je na het plaatsnaambord, bij het derde huis links moest zijn.
 Daar woonde de burgemeester van het dorp en het was beleefder om daar eerst toestemming voor te vragen.
Zo gezegd zo gedaan.
De burgemeester was zeer verrast dat we er toestemming voor kwamen vragen, hij stelde het zeer op prijs, want dat had hij nog nooit eerder mee gemaakt!
Het was geen probleem, we mochten er net zoveel meenemen, als we wilden.

Het was heerlijk om daar met je verstand op nul in de zon rond te lopen met grote werkhandschoenen en stevige schoenen aan en alleen maar stenen te rapen.
Nou ja rapen, we moesten ze ook wel een meter omhoog gooien.
Af en toe namen we een pauze, zaten dan op een grote steen wat te drinken of aten een appel. Onder tussen keken we rond waar de mooiste exemplaren lagen voor de volgende ronde.
We gingen door totdat we zo met het blote oog vaststelden dat de aanhanger wel aan de vracht was.
We haalden een paar keer een vrachtje en waren daarna gezond moe.
Het was wel steeds in én uitladen!
We hadden geen sportschool nodig om spierballen te krijgen!

Gelukkig vielen wij met ons busje met aanhanger niet uit de toon, zo op de campagne.
Didier reed in een Renault Express, de buurmannen ook, dat was een must!
Ze hadden er nog wel een personen auto bij, zoals iedereen bij ons in de buurt.
Alleen onze "facteur"  (postbode) viel een beetje buiten de boot.
Als hij de post kwam brengen was dat uiteraard in het bekende gele autootje, maar privé reed hij in een Mercedes.
Zomer en winter had hij een (te) gebruinde tint, ravenzwart haar, keurig gekapt, een gouden ketting om zijn nek, altijd zichtbaar en dito armband, net alsof hij zo van een Bounty eiland was gestapt!
Als we hem tegen kwamen in zijn Mercedes kwam dit alles mede dankzij zijn zonnebril met gespiegelde glazen nóg beter tot zijn recht.

We ontmoetten Johan en Coby ook regelmatig. We konden gezellig met elkaar kletsen en zij waren doorgewinterde tuiniersters met groene vingers!
Als we bij ze op bezoek gingen werd er altijd eerst een rondje door de moestuin en bloementuin gemaakt. Zo kreeg ik heel wat polletjes of stekjes om in de borders te planten.
Johan had de heerlijkste door dragende aardbeien soort in zijn moestuin staan, die we ooit geproefd hadden, dus stekken waren te zijner tijd welkom.


Gedurende de winter verdiepte ik me in “Tuinieren stap voor stap”.
Als ik het zo las, was het zo klaar als een klontje!

In gedachten zag ik al rijen tomatenplanten, rijkelijk voorzien van rode trossen in de zon hangen, bloeiende sperziebonen, fleurige gele bloemen van de courgettes en prachtig glanzende gerooide aardappels voor me.

                                           Kortom een gigantische oogst dus!!

Alleen het hoofdstuk over ongedierte en ziektes zette toch wel een domper op mijn enthousiasme.
 Invasies van kevers, luizen, witte koolvlieg en ander eng gespuis daar moest je toch wel ernstig rekening mee houden.
Maar voorlopig was het alleen nog maar theorie!

Hoewel theorie; ik kon er toch niet zo goed van slapen, nadat ik van alles had gelezen.
In ieder geval wierp het lezen over tuinieren met de maanstanden, rekening houdend met opkomende en ondergaande zon, de stand van de sterren e.d. op een andere manier zijn vruchten af.
Ik schreef toen het volgende gedichtje:

Ik stond `s nachts voor het raam,
keek omhoog naar de donkere hemel
 zag daar zoveel sterren staan
en ik dacht: “Waar komen die in hemelsnaam vandaan?”


                    ***********************

RECEPT.

DE MAANDAGSCHOTEL.

Na het weekend nog wat restjes over?
Deze schotel uit de oven is daar ideaal voor om ze in te verwerken.

Ik had als ingrediënten:

-  koud gegaard kippenvlees over van een kip klaargemaakt in de oven
- prei, stukjes paprika, knoflook teen, champignons, 2 stengels bleekselderij
-  klein blikje doperwten met wortels
- eetlepel bloem
- scheut bouillon
- royale eetlepel crème fraîche.
- peper en zout
- aardappelen voor de puree.
- Parmezaanse kaas op te raspen

Verwarm de oven op 180 graden.

Maak op de bekende manier aardappelpuree.
Roerbak de groenten (behalve de inhoud van het blikje groente) in een wok, strooi de bloem er over en laat even garen.
Giet de bouillon er bij en maak een dikke saus.
Voeg dan een klein blikje groente toe en als laatste de koude kipresten.
Roer de crème fraîche er door en proef of er nog peper en/of zout bij moet.

Vet een ovenschotel in en doe het groentemengsel er in. Leg daar bovenop de aardappelpuree en rasp de Parmezaanse kaas er over.
Zet de ovenschotel in de oven gedurende ongeveer 25 minuten tot de kaas mooi goudbruin is. 



                                                    *********************