Daarginds de groene heuvels.

Op dit blog vertrouw ik in gedeelten mijn pennenvruchten toe van het houden van vakantie in Frankrijk, het wonen daar en onze belevenissen daarginds.
Ik ben met het schrijven hiervan al begonnen in 1994, waar blijft de tijd ?

Met een "voorraad" van 130 bladzijden, zal ik twee keer per maand een hoofdstuk posten, op de 1ste en 15de van iedere maand.
Ik maak er dus een feuilleton van!

Om privacy redenen heb ik de namen van de personen die in de verhalen voorkomen veranderd.

Lees gezellig mee en een reactie van tijd tot tijd zou ik erg op prijs stellen.
Als het je aanspreekt en je wilt niets missen, dan kun je ook volger worden.
à Bientôt, (tot straks).............Daarginds !

maandag 15 december 2014

IN DE LOOP DER JAREN


 Wipten we in onze vakanties vaak even aan bij onze barman in Bourbon.
Meestal voor een kopje espresso of een glaasje bruisend mineraalwater met aardbeien siroop en ijsblokjes.
Soms was het daar druk en gezellig met een hoop geroezemoes, maar ook wel eens zeer rustig. Dan zat er bijvoorbeeld een man, al lichtelijk beschonken aan de bar, sterke verhalen op te hangen over een eendenjacht.
Ondanks dat de barman rustig en bescheiden was, kon hij in zo een situatie, met een knipoog naar ons, er nog een schepje bovenop doen!
We waren in diverse ontmoetingen met hem te weten gekomen, dat hij vroeger in de Formule 1 racerij had gewerkt.
We hadden al gezien, dat er om de hoek van de straat een Ford Sierra Cosworth in rally uitvoering, geparkeerd stond.
 Niet dat het mij iets zei, maar dat schijnt wel iets bijzonders te zijn.
Wat bleek nu, dat was zijn auto en thuis had hij ook nog één of ander niet alledaags exemplaar staan.
Toen wij daarover vol bewondering van onder de indruk waren en Joep nog wat technische details vroeg, zei hij achteloos: “Je suis modeste!” ik ben bescheiden!
Ja, ja!

Hij was niet alleen bescheiden, maar had ook nog andere kwaliteiten.
Een keer in het voorjaar stapten we binnen en toen hing er een levensgroot schilderij midden in de zaak.
Een naakt…. van Mireille Darc, de bekende Franse filmster, uit soms wel erotisch getinte films.
Dan sta je toch even raar te kijken, misschien iemand die daar exposeerde?
Neen, hij had het schilderij gemaakt, omdat het `s winters toch niet zo druk was in de bar.
Wat zeg je dan?
Dat we het mooi vonden, dat haar gezicht precies leek!
Hij bedankte ons voor het compliment en ik dacht bij mezelf, ja haar gezicht lijkt precies, maar de rest…?
Hoe kon hij dat weten?
Dus over de rest hielden we maar wijselijk onze mond!

Soms namen we een PMU-tje, zoals wij het noemden!
Het is géén drankje, maar een ander soort bar dan bij onze barman.
Schuin tegenover zijn zaak was een PMU.


Daar kon je niet alleen iets drinken, maar ook sigaretten, de krant en tijdschriften kopen. Ook kon je er voor allerlei denkbare loterijen een gokje wagen.
Het was altijd wel vermakelijk, want daar heerste een heel andere sfeer.
Het was een komen en gaan, met voor de deur slordig geparkeerde auto`s op de hoek van de straat of op de stoep.
 De loodgieter, gekleed in overall, met vieze werkhanden kwam bijvoorbeeld binnen, vulde een loterijbriefje in en gooide vlug een glaasje wijn, staande aan de bar, achterover.
De andere aanwezigen die aan de tafels zaten, kregen allemaal een hand, wij werden daarbij ook niet overgeslagen en na alle Ca va`s?, stapte hij weer in zijn auto!
Zo te zien aan hun uiterlijk en casual gekleed, waren de andere aanwezigen met pensioen en hadden alle tijd van de wereld.
Ze genoten op hun gemak van hun glaasje witte wijn met een laagje perziken siroop er in. Een beetje rustig aan beginnen in de ochtend, was waarschijnlijk het motto!

Soms zat er een stel te kaarten en hadden zij alleen maar oog voor hun spel en knikten afwezig als we binnenkwamen.
Aan een ander tafeltje zat men ingespannen, met een formuliertje in hun handen, naar een televisiescherm te kijken, waarop paardenrennen aan de gang waren.
Er werd luidruchtig aangemoedigd en als er één van hen op het goede paard had gewed en een bedrag(je!) gewonnen had, werd dat gelijk omgezet in nog een rondje wijn en een nieuw formuliertje voor de volgende race!

Wij vulden ook wel eens een formuliertje in voor een loterij, waarvan we de strekking tenminste snapten en waarvan de uitslag dan pas dagen later bekend werd. Zonder resultaat overigens!

Soms slenterden we nog even door het dorp, keken bij de makelaar naar het aanbod van huizen, je moet áltijd op de hoogte blijven was/is ( nu nog!) mijn motto!
Bij de patisserie bleef het soms niet alleen bij kijken!

Net buiten Bourbon had ik als we er langs reden, een bordje zien staan met daarop; honing te koop in het Frans en Nederlands geschreven.
Op een keer dachten we, laten we daar maar eens kijken en een pot honing gaan kopen.


We draaiden het onverharde weggetje in, rechts stond een huis en we dachten dat we daar moesten zijn.
Nee, we moesten nog iets verder doorrijden, daar was het.
We kwamen op een ruime “cour” met rondom diverse gebouwen en een leuk, hoger gelegen verbouwd huis, zo te zien.
Voor het huis was een mooie bloementuin en op het terras voor het huis zat een man.
Hij kwam naar ons toe gelopen, hij was lang, slank en gebruind door de zon.
We stelden ons voor en inderdaad we konden daar honing kopen.
We konden in het Nederlands met elkaar praten en even later stelde Johan, zo heette hij, ook zijn vrouw voor, die met een schort aan uit het huis kwam lopen.
Zij was ook al gebruind door de zon en ze had kort grijs haar.
Van het één kwam het ander, terwijl we na het afrekenen van de honing nog even stonden te praten.
Johan zei: “ Zullen we een glaasje wijn drinken op het terras?”
Coby, zijn vrouw, vulde aan: “Wij nemen altijd om 7 minuten over twaalf `s middags vóór het eten een glaasje wijn! Dat is zo gekomen toen we hier aan het verbouwen waren en de werklui om twaalf uur weggingen. Die gewoonte houden we er in!”
Wij namen een glaasje wijn altijd bij het eten, maar zij niet!

Zo gezegd zo gedaan.
Zij woonden er al een paar jaar permanent, hij was met pensioen en ze hadden het huis vanaf een onbewoond huis, begroeid met bramen, laten verbouwen tot een smaakvol huis
Wij reisden nu al een paar jaar heen en weer in onze vakanties en we konden dus ook al meepraten over ons weliswaar steeds tijdelijke Franse plattelandsleven.

En wat wilde het geval?
Zij waren degene die een bod hadden uitgebracht op onze fermette, wat de eigenaar toen had geaccepteerd!
Hoe kun je het zo treffen, we waren allemaal verrast over dit toeval en moesten er om lachen!
Coby zei: “We dachten, laten we maar een héél laag bod uitbrengen, want dat accepteren ze nooit!”
Nou dat liep anders, het bod werd dus wel geaccepteerd!
Daar deden wij ons voordeel mee.
Toen wij bij de notaris waren voor de aankoop, wisten we dat een ander Nederlands stel een week later een afspraak zou hebben voor hetzelfde huis.
Zij(Johan en Coby) hadden gezegd als het voor die tijd verkocht was, was het jammer maar niet erg!
Johan en Coby wilden achteraf gezien liever een huis dichterbij een groter dorp.
En zo zaten we dus een paar jaar later voor de eerste keer met zijn vieren te borrelen!

Maar dat was zeker niet voor de laatste keer! 

                                              ********************

RECEPT.

APPELFLAPPEN.

Simpeler kan het eigenlijk niet. Handig als je onverwachts bezoek krijgt, of gewoon een verwenmoment.

Ingrediënten voor 6 flappen:
- 6 plakjes bladerdeeg
- 2 grote appels
- rozijnen
- kaneel
- 2 koffielepels abrikozenjam
- 2 koffielepels crème fraîche
- 1 ei

Haal de bakplaat (nog koud) uit de oven en leg er bakpapier op.
Verwarm de oven voor op 225 graden.

Laat de plakjes bladerdeeg ontdooien.
Schil de appels en snijd in kleine stukjes, meng de appels met de rozijnen, kaneel, crème fraîche en abrikozenjam.
Rek de ontdooide plakjes bladerdeeg met je handen iets op.
Verdeel net iets uit het midden de vulling over de plakjes en vouw ze in een driehoek.
Plak de randen met een beetje water goed vast en kwast de flappen in met een losgeklopt ei.

Bak ze in plm. 25 minuten mooi bruin.



                                                                 *********************

maandag 1 december 2014

In een zomervakantie.


In een zomer vakantie.

Op een ochtend werden we door Dixie, onze al bejaarde golden retriever, wakker gemaakt. Hij stond kwispelend naast ons bed met een pantoffel in zijn bek, zijn oren in de hoogste stand en maakte een nogal uitgeslapen indruk.
Soms is dat wel eens anders, want dan lag hij nog te slapen op de bank in de kamer. Hij lag dan ontspannen op zijn rug, de achterpoten wijd en zijn voorpoten kruiselings over zijn ogen. Als hij ons dan hoorde, nam hij de moeite om een voorpoot iets te laten zakken en keek ons dan een beetje verstoord aan.



 Deze riante houding had hij te danken aan het feit, dat hij artrose in zijn poten had en het volgens de dierenarts beter was om hem niet op een koude stenen vloeren te laten liggen. Wij maakten dus elke avond zijn "bed" op de bank, zodat hij kon kiezen tussen de bank, zijn mand en als het te warm werd, toch…. de koude stenen vloer.

Deze ochtend maakte hij een energieke indruk, met een pantoffel in zijn bek en met zijn kwispelende staart deelde hij rake klappen uit tegen de zijkant van ons oude opgeknapte ledikant.
Zoals op bijna elke zomerochtend,  zag ik de zon al uitbundig door de spleten van de luiken  schijnen. Toen ik op de klok keek, zag ik dat het al negen uur was, de zon had er dus al een paar uurtjes opzitten. Ondertussen hoorden we steeds een koe hard loeien.
Dixie bleef nadrukkelijk aanwezig;  gooide de pantoffel  nonchalant in zijn mand en haalde in de keuken een schoen en begon opnieuw streng te kijken en te kwispelen. Er zat niets anders op dan aan deze uitnodiging gehoor te geven en we stonden op.
Het eerste wat we na het opstaan deden, waren de gordijnen van de tuindeuren opentrekken.
Elke ochtend opnieuw of het nu mooi of slecht weer was, genoten we van het uitzicht.
Voor ons liggen de weiden, glooiend aflopend naar de weg, hemelsbreed zo'n twee honderd meter verderop. Vervolgens maken de weiden achter de daken van de huizen van onze buren, Didier en Ginette, 's zomers nog een familie uit Parijs en een ouder echtpaar, weer een stijgende lijn.
De weiden worden door de "bocage"  verdeeld in speelse, ongelijke vlakken. In de verte zien we hier en daar wat witte stipjes tegen het groen afsteken. Grote oude eiken en andere begroeiing  zorgen ervoor dat de witte Charolais koeien en schapen zomers in de schaduw kunnen liggen
In de weide, grenzend aan onze tuin, liepen de koeien van Claude, die zelf twee kilometer verderop woonde.
Joep liep in zijn kamerjas met Dixie naar buiten om even een eerste verkenningstocht te maken.
Dit hield in dat Dixie hier en daar zijn poot optilde en meestal ook mijn rozen besproeide terwijl Joep wantrouwend de hoogte van het gras bestudeerde in verband met zijn maaipsychose.
Inmiddels waren we al in het rijke bezit van vier maaimachines.... in diverse uitvoeringen.



Terwijl ik in mijn nachtjapon in de keuken de elektrische ketel met water aan zette om thee te maken hoorde ik ineens roepen: "Syl, er loopt een kalfje in onze tuin, links bij de coniferen".
Ik riep zonder gelijk te gaan kijken terug: "Doe hem Dixie's zijn riem om !"
Het leek me heel logisch, want wij hadden een zogenaamde slip-over halsband/riem ineen. In Westerns zie je cowboys min of meer hetzelfde doen  met lasso's. Alleen zitten cowboys op een paard en gooien dan losjes vanuit de pols een lasso, meestal in één keer raak, over de hals van een koe.
 Joep in zijn iets andere outfit kwam terug naar de keukendeur en zei lachend: "Joh, dat past niet. Van dichtbij is dat kalfje nog groter dan een shetlander en zijn moeder staat aan de andere kant van de coniferen te loeien".
Omdat Joep de neiging heeft om nogal eens te overdrijven, liep ik ook naar buiten om de door hem aangegeven afmeting te controleren.
Inderdaad, tegen de coniferen aangeplakt stond een fors uit de kluiten gewassen wit kalf. De moeder probeerde aan de andere kant van de coniferen haar kind te besnuffelen en nam en passant een paar beste happen uit onze conifeer.


"Kan hij niet terug door datzelfde gat ?" zei ik heel optimistisch tegen Joep.
Joep deed een paar passen in de richting van het kalfje, maar dat begon al gelijk een beetje zenuwachtig heen en weer te lopen. "Nee, dat wordt niks en misschien bezeert hij zich nog aan het prikkeldraad"
"Weet je wat " zei Joep, "Als jij nou naar boven, naar het hek loopt en dat openhoudt, dan probeer ik het kalfje daar naar toe te drijven".
 "Laten we dan eerst Dixie naar binnen doen, want als hij meeloopt vliegt dat kalfje misschien de verkeerde kant op " zei ik , terwijl ik Dixie door de keukendeur naar binnen liet.
Dixie ging  achter de tuindeuren verongelijkt staan kijken en je zag hem denken: "Hè, nou begon het net leuk te worden !"

Ik liep dus in mijn nachtjapon naar boven zo'n vijftig meter verderop naar de ingang van de wei. " Kan die?!" riep Jaap à la minute."
Neen, hoe moet dat hek nou open ?" gilde ik verstoord terug, terwijl ik naar de in mijn ogen ingewikkelde sluiting van het hek keek. Jaap stond met verheven stem terug te schreeuwen: "Eerst die pin aan die ketting eruit halen, dan die handel naar rechts en dat ding met een oog over die pin halen ". Het leek wel op de instructie van een breipatroon .Gelukkig liet ik geen steek vallen en kreeg ik het hek open.
"Kan die?!" riep Jaap weer terwijl hij met een stok in zijn hand op enige afstand van het kalfje de wacht hield.. "Even wachten, ik moet ook nog een stok pakken. Ja, hij kan" riep ik, terwijl ik de paal met zwabberend prikkeldraad voorzichtig een stukje van zijn plaats tilde.
Ondertussen waren de andere koeien in de weide met hun kalfjes, afgaande op het geloei van moeders ook een kijkje komen nemen. Ze stonden nieuwsgierig rond te kijken en liepen aan de andere kant van de coniferen een paar stappen met het kalfje mee.
"H-é-k open, h-e-k open,  daar komt hij! " hoorde ik Joep ineens roepen, want we konden elkaar niet meer zien, vanwege de andere rij coniferen. Ik tilde de paal met  het zwabberende draad razendsnel van zijn plaats om een grotere opening te krijgen. Wijdbeens met in mijn linkerhand de stok, stond ik als een politieagent het kalfje de weg te wijzen. Ingespannen stond ik iedere stap van het kalfje te volgen, maar hij liep op zijn dooie akkertje en helemaal niet bang de wei in.
Ineens hoorde ik paniekerig: "H-é-k dicht, h-é-k dicht!". Ik keek op en zag die hele kudde koeien komen aanstormen.
Sneller dan snel verrichtte ik alle handelingen in omgekeerde volgorde, terwijl  Joep naar boven kwam rennen en overbodig vroeg: "Is het dicht?" 
"Al lang" zei ik aanvankelijk triomfantelijk, met  het bloed op mijn vingers.
Toen de vraag tenslotte goed tot me doordrong zei ik nijdig: "Ja, natuurlijk is het dicht, je denkt toch niet dat ik zo stom ben om met een hek wagenwijd open te blijven staan, als er een kudde koeien op me af komt stormen ?"
Toen we ons omdraaiden en ik met enige waardigheid met één hand mijn decolleté op orde bracht, stonden we zowat neus aan neus met de koeien en kalfjes. We voelden hun hete adem in ons gezicht, zij stonden uit te hijgen van dit sprintje, uiteindelijk hadden ze zojuist een behoorlijke helling genomen.
  
                            ***************************

RECEPT

TUTTI-FRUTTI PLAATCAKE.



Vierkante bakvorm 23 x 23 cm, eventueel met uitneembare bodem.
Ingrediënten:

-     -  180 gram roomboter op kamertemperatuur
-     -  150 gram suiker
-     -   4 eieren op kamertemperatuur
-     -  100 gram abrikozenjam
-    -   1 theelepel kaneel
-    -    200 gram zelfrijzend bakmeel
-    -    30 gram walnoten
-   -    150 gram tutti frutti

Verwarm de oven voor tot 175 graden.
Vet de bodem van de bakvorm in en bedek de bodem met bakpapier.
Laat de tutti-frutti weken of kook de vruchten een paar minuten voor  in een beetje water met kaneel.  Af laten koelen en goed uit laten lekken.

Klop in de keukenmachine of met de mixer eerst de suiker met de boter zacht.
Voeg vervolgens een voor een de eieren er bij en dan de abrikozenjam en 1 theelepel kaneel.
Zeef het bakmeel met een snufje zout en mix het geheel tot een mooi glad beslag.
Schep het beslag in de bakvorm en strijk het glad.
Verdeel vervolgens de tutti-frutti en de in stukjes gebroken walnoten over het beslag.
Bak de cake in ongeveer 30 minuten gaar en goudbruin.
Laat afkoelen op een rooster.
Verwarm nog een beetje abrikozenjam met een eetlepel water en bestrijk de plaatcake er mee.
Lekker bij een kopje thee of koffie.

            



            Ook als dessert te gebruiken met slagroom en een bolletje vanille ijs er bij.

                                                 ********************