Daarginds de groene heuvels.

Op dit blog vertrouw ik in gedeelten mijn pennenvruchten toe van het houden van vakantie in Frankrijk, het wonen daar en onze belevenissen daarginds.
Ik ben met het schrijven hiervan al begonnen in 1994, waar blijft de tijd ?

Met een "voorraad" van 130 bladzijden, zal ik twee keer per maand een hoofdstuk posten, op de 1ste en 15de van iedere maand.
Ik maak er dus een feuilleton van!

Om privacy redenen heb ik de namen van de personen die in de verhalen voorkomen veranderd.

Lees gezellig mee en een reactie van tijd tot tijd zou ik erg op prijs stellen.
Als het je aanspreekt en je wilt niets missen, dan kun je ook volger worden.
à Bientôt, (tot straks).............Daarginds !

maandag 15 december 2014

IN DE LOOP DER JAREN


 Wipten we in onze vakanties vaak even aan bij onze barman in Bourbon.
Meestal voor een kopje espresso of een glaasje bruisend mineraalwater met aardbeien siroop en ijsblokjes.
Soms was het daar druk en gezellig met een hoop geroezemoes, maar ook wel eens zeer rustig. Dan zat er bijvoorbeeld een man, al lichtelijk beschonken aan de bar, sterke verhalen op te hangen over een eendenjacht.
Ondanks dat de barman rustig en bescheiden was, kon hij in zo een situatie, met een knipoog naar ons, er nog een schepje bovenop doen!
We waren in diverse ontmoetingen met hem te weten gekomen, dat hij vroeger in de Formule 1 racerij had gewerkt.
We hadden al gezien, dat er om de hoek van de straat een Ford Sierra Cosworth in rally uitvoering, geparkeerd stond.
 Niet dat het mij iets zei, maar dat schijnt wel iets bijzonders te zijn.
Wat bleek nu, dat was zijn auto en thuis had hij ook nog één of ander niet alledaags exemplaar staan.
Toen wij daarover vol bewondering van onder de indruk waren en Joep nog wat technische details vroeg, zei hij achteloos: “Je suis modeste!” ik ben bescheiden!
Ja, ja!

Hij was niet alleen bescheiden, maar had ook nog andere kwaliteiten.
Een keer in het voorjaar stapten we binnen en toen hing er een levensgroot schilderij midden in de zaak.
Een naakt…. van Mireille Darc, de bekende Franse filmster, uit soms wel erotisch getinte films.
Dan sta je toch even raar te kijken, misschien iemand die daar exposeerde?
Neen, hij had het schilderij gemaakt, omdat het `s winters toch niet zo druk was in de bar.
Wat zeg je dan?
Dat we het mooi vonden, dat haar gezicht precies leek!
Hij bedankte ons voor het compliment en ik dacht bij mezelf, ja haar gezicht lijkt precies, maar de rest…?
Hoe kon hij dat weten?
Dus over de rest hielden we maar wijselijk onze mond!

Soms namen we een PMU-tje, zoals wij het noemden!
Het is géén drankje, maar een ander soort bar dan bij onze barman.
Schuin tegenover zijn zaak was een PMU.


Daar kon je niet alleen iets drinken, maar ook sigaretten, de krant en tijdschriften kopen. Ook kon je er voor allerlei denkbare loterijen een gokje wagen.
Het was altijd wel vermakelijk, want daar heerste een heel andere sfeer.
Het was een komen en gaan, met voor de deur slordig geparkeerde auto`s op de hoek van de straat of op de stoep.
 De loodgieter, gekleed in overall, met vieze werkhanden kwam bijvoorbeeld binnen, vulde een loterijbriefje in en gooide vlug een glaasje wijn, staande aan de bar, achterover.
De andere aanwezigen die aan de tafels zaten, kregen allemaal een hand, wij werden daarbij ook niet overgeslagen en na alle Ca va`s?, stapte hij weer in zijn auto!
Zo te zien aan hun uiterlijk en casual gekleed, waren de andere aanwezigen met pensioen en hadden alle tijd van de wereld.
Ze genoten op hun gemak van hun glaasje witte wijn met een laagje perziken siroop er in. Een beetje rustig aan beginnen in de ochtend, was waarschijnlijk het motto!

Soms zat er een stel te kaarten en hadden zij alleen maar oog voor hun spel en knikten afwezig als we binnenkwamen.
Aan een ander tafeltje zat men ingespannen, met een formuliertje in hun handen, naar een televisiescherm te kijken, waarop paardenrennen aan de gang waren.
Er werd luidruchtig aangemoedigd en als er één van hen op het goede paard had gewed en een bedrag(je!) gewonnen had, werd dat gelijk omgezet in nog een rondje wijn en een nieuw formuliertje voor de volgende race!

Wij vulden ook wel eens een formuliertje in voor een loterij, waarvan we de strekking tenminste snapten en waarvan de uitslag dan pas dagen later bekend werd. Zonder resultaat overigens!

Soms slenterden we nog even door het dorp, keken bij de makelaar naar het aanbod van huizen, je moet áltijd op de hoogte blijven was/is ( nu nog!) mijn motto!
Bij de patisserie bleef het soms niet alleen bij kijken!

Net buiten Bourbon had ik als we er langs reden, een bordje zien staan met daarop; honing te koop in het Frans en Nederlands geschreven.
Op een keer dachten we, laten we daar maar eens kijken en een pot honing gaan kopen.


We draaiden het onverharde weggetje in, rechts stond een huis en we dachten dat we daar moesten zijn.
Nee, we moesten nog iets verder doorrijden, daar was het.
We kwamen op een ruime “cour” met rondom diverse gebouwen en een leuk, hoger gelegen verbouwd huis, zo te zien.
Voor het huis was een mooie bloementuin en op het terras voor het huis zat een man.
Hij kwam naar ons toe gelopen, hij was lang, slank en gebruind door de zon.
We stelden ons voor en inderdaad we konden daar honing kopen.
We konden in het Nederlands met elkaar praten en even later stelde Johan, zo heette hij, ook zijn vrouw voor, die met een schort aan uit het huis kwam lopen.
Zij was ook al gebruind door de zon en ze had kort grijs haar.
Van het één kwam het ander, terwijl we na het afrekenen van de honing nog even stonden te praten.
Johan zei: “ Zullen we een glaasje wijn drinken op het terras?”
Coby, zijn vrouw, vulde aan: “Wij nemen altijd om 7 minuten over twaalf `s middags vóór het eten een glaasje wijn! Dat is zo gekomen toen we hier aan het verbouwen waren en de werklui om twaalf uur weggingen. Die gewoonte houden we er in!”
Wij namen een glaasje wijn altijd bij het eten, maar zij niet!

Zo gezegd zo gedaan.
Zij woonden er al een paar jaar permanent, hij was met pensioen en ze hadden het huis vanaf een onbewoond huis, begroeid met bramen, laten verbouwen tot een smaakvol huis
Wij reisden nu al een paar jaar heen en weer in onze vakanties en we konden dus ook al meepraten over ons weliswaar steeds tijdelijke Franse plattelandsleven.

En wat wilde het geval?
Zij waren degene die een bod hadden uitgebracht op onze fermette, wat de eigenaar toen had geaccepteerd!
Hoe kun je het zo treffen, we waren allemaal verrast over dit toeval en moesten er om lachen!
Coby zei: “We dachten, laten we maar een héél laag bod uitbrengen, want dat accepteren ze nooit!”
Nou dat liep anders, het bod werd dus wel geaccepteerd!
Daar deden wij ons voordeel mee.
Toen wij bij de notaris waren voor de aankoop, wisten we dat een ander Nederlands stel een week later een afspraak zou hebben voor hetzelfde huis.
Zij(Johan en Coby) hadden gezegd als het voor die tijd verkocht was, was het jammer maar niet erg!
Johan en Coby wilden achteraf gezien liever een huis dichterbij een groter dorp.
En zo zaten we dus een paar jaar later voor de eerste keer met zijn vieren te borrelen!

Maar dat was zeker niet voor de laatste keer! 

                                              ********************

RECEPT.

APPELFLAPPEN.

Simpeler kan het eigenlijk niet. Handig als je onverwachts bezoek krijgt, of gewoon een verwenmoment.

Ingrediënten voor 6 flappen:
- 6 plakjes bladerdeeg
- 2 grote appels
- rozijnen
- kaneel
- 2 koffielepels abrikozenjam
- 2 koffielepels crème fraîche
- 1 ei

Haal de bakplaat (nog koud) uit de oven en leg er bakpapier op.
Verwarm de oven voor op 225 graden.

Laat de plakjes bladerdeeg ontdooien.
Schil de appels en snijd in kleine stukjes, meng de appels met de rozijnen, kaneel, crème fraîche en abrikozenjam.
Rek de ontdooide plakjes bladerdeeg met je handen iets op.
Verdeel net iets uit het midden de vulling over de plakjes en vouw ze in een driehoek.
Plak de randen met een beetje water goed vast en kwast de flappen in met een losgeklopt ei.

Bak ze in plm. 25 minuten mooi bruin.



                                                                 *********************

maandag 1 december 2014

In een zomervakantie.


In een zomer vakantie.

Op een ochtend werden we door Dixie, onze al bejaarde golden retriever, wakker gemaakt. Hij stond kwispelend naast ons bed met een pantoffel in zijn bek, zijn oren in de hoogste stand en maakte een nogal uitgeslapen indruk.
Soms is dat wel eens anders, want dan lag hij nog te slapen op de bank in de kamer. Hij lag dan ontspannen op zijn rug, de achterpoten wijd en zijn voorpoten kruiselings over zijn ogen. Als hij ons dan hoorde, nam hij de moeite om een voorpoot iets te laten zakken en keek ons dan een beetje verstoord aan.



 Deze riante houding had hij te danken aan het feit, dat hij artrose in zijn poten had en het volgens de dierenarts beter was om hem niet op een koude stenen vloeren te laten liggen. Wij maakten dus elke avond zijn "bed" op de bank, zodat hij kon kiezen tussen de bank, zijn mand en als het te warm werd, toch…. de koude stenen vloer.

Deze ochtend maakte hij een energieke indruk, met een pantoffel in zijn bek en met zijn kwispelende staart deelde hij rake klappen uit tegen de zijkant van ons oude opgeknapte ledikant.
Zoals op bijna elke zomerochtend,  zag ik de zon al uitbundig door de spleten van de luiken  schijnen. Toen ik op de klok keek, zag ik dat het al negen uur was, de zon had er dus al een paar uurtjes opzitten. Ondertussen hoorden we steeds een koe hard loeien.
Dixie bleef nadrukkelijk aanwezig;  gooide de pantoffel  nonchalant in zijn mand en haalde in de keuken een schoen en begon opnieuw streng te kijken en te kwispelen. Er zat niets anders op dan aan deze uitnodiging gehoor te geven en we stonden op.
Het eerste wat we na het opstaan deden, waren de gordijnen van de tuindeuren opentrekken.
Elke ochtend opnieuw of het nu mooi of slecht weer was, genoten we van het uitzicht.
Voor ons liggen de weiden, glooiend aflopend naar de weg, hemelsbreed zo'n twee honderd meter verderop. Vervolgens maken de weiden achter de daken van de huizen van onze buren, Didier en Ginette, 's zomers nog een familie uit Parijs en een ouder echtpaar, weer een stijgende lijn.
De weiden worden door de "bocage"  verdeeld in speelse, ongelijke vlakken. In de verte zien we hier en daar wat witte stipjes tegen het groen afsteken. Grote oude eiken en andere begroeiing  zorgen ervoor dat de witte Charolais koeien en schapen zomers in de schaduw kunnen liggen
In de weide, grenzend aan onze tuin, liepen de koeien van Claude, die zelf twee kilometer verderop woonde.
Joep liep in zijn kamerjas met Dixie naar buiten om even een eerste verkenningstocht te maken.
Dit hield in dat Dixie hier en daar zijn poot optilde en meestal ook mijn rozen besproeide terwijl Joep wantrouwend de hoogte van het gras bestudeerde in verband met zijn maaipsychose.
Inmiddels waren we al in het rijke bezit van vier maaimachines.... in diverse uitvoeringen.



Terwijl ik in mijn nachtjapon in de keuken de elektrische ketel met water aan zette om thee te maken hoorde ik ineens roepen: "Syl, er loopt een kalfje in onze tuin, links bij de coniferen".
Ik riep zonder gelijk te gaan kijken terug: "Doe hem Dixie's zijn riem om !"
Het leek me heel logisch, want wij hadden een zogenaamde slip-over halsband/riem ineen. In Westerns zie je cowboys min of meer hetzelfde doen  met lasso's. Alleen zitten cowboys op een paard en gooien dan losjes vanuit de pols een lasso, meestal in één keer raak, over de hals van een koe.
 Joep in zijn iets andere outfit kwam terug naar de keukendeur en zei lachend: "Joh, dat past niet. Van dichtbij is dat kalfje nog groter dan een shetlander en zijn moeder staat aan de andere kant van de coniferen te loeien".
Omdat Joep de neiging heeft om nogal eens te overdrijven, liep ik ook naar buiten om de door hem aangegeven afmeting te controleren.
Inderdaad, tegen de coniferen aangeplakt stond een fors uit de kluiten gewassen wit kalf. De moeder probeerde aan de andere kant van de coniferen haar kind te besnuffelen en nam en passant een paar beste happen uit onze conifeer.


"Kan hij niet terug door datzelfde gat ?" zei ik heel optimistisch tegen Joep.
Joep deed een paar passen in de richting van het kalfje, maar dat begon al gelijk een beetje zenuwachtig heen en weer te lopen. "Nee, dat wordt niks en misschien bezeert hij zich nog aan het prikkeldraad"
"Weet je wat " zei Joep, "Als jij nou naar boven, naar het hek loopt en dat openhoudt, dan probeer ik het kalfje daar naar toe te drijven".
 "Laten we dan eerst Dixie naar binnen doen, want als hij meeloopt vliegt dat kalfje misschien de verkeerde kant op " zei ik , terwijl ik Dixie door de keukendeur naar binnen liet.
Dixie ging  achter de tuindeuren verongelijkt staan kijken en je zag hem denken: "Hè, nou begon het net leuk te worden !"

Ik liep dus in mijn nachtjapon naar boven zo'n vijftig meter verderop naar de ingang van de wei. " Kan die?!" riep Jaap à la minute."
Neen, hoe moet dat hek nou open ?" gilde ik verstoord terug, terwijl ik naar de in mijn ogen ingewikkelde sluiting van het hek keek. Jaap stond met verheven stem terug te schreeuwen: "Eerst die pin aan die ketting eruit halen, dan die handel naar rechts en dat ding met een oog over die pin halen ". Het leek wel op de instructie van een breipatroon .Gelukkig liet ik geen steek vallen en kreeg ik het hek open.
"Kan die?!" riep Jaap weer terwijl hij met een stok in zijn hand op enige afstand van het kalfje de wacht hield.. "Even wachten, ik moet ook nog een stok pakken. Ja, hij kan" riep ik, terwijl ik de paal met zwabberend prikkeldraad voorzichtig een stukje van zijn plaats tilde.
Ondertussen waren de andere koeien in de weide met hun kalfjes, afgaande op het geloei van moeders ook een kijkje komen nemen. Ze stonden nieuwsgierig rond te kijken en liepen aan de andere kant van de coniferen een paar stappen met het kalfje mee.
"H-é-k open, h-e-k open,  daar komt hij! " hoorde ik Joep ineens roepen, want we konden elkaar niet meer zien, vanwege de andere rij coniferen. Ik tilde de paal met  het zwabberende draad razendsnel van zijn plaats om een grotere opening te krijgen. Wijdbeens met in mijn linkerhand de stok, stond ik als een politieagent het kalfje de weg te wijzen. Ingespannen stond ik iedere stap van het kalfje te volgen, maar hij liep op zijn dooie akkertje en helemaal niet bang de wei in.
Ineens hoorde ik paniekerig: "H-é-k dicht, h-é-k dicht!". Ik keek op en zag die hele kudde koeien komen aanstormen.
Sneller dan snel verrichtte ik alle handelingen in omgekeerde volgorde, terwijl  Joep naar boven kwam rennen en overbodig vroeg: "Is het dicht?" 
"Al lang" zei ik aanvankelijk triomfantelijk, met  het bloed op mijn vingers.
Toen de vraag tenslotte goed tot me doordrong zei ik nijdig: "Ja, natuurlijk is het dicht, je denkt toch niet dat ik zo stom ben om met een hek wagenwijd open te blijven staan, als er een kudde koeien op me af komt stormen ?"
Toen we ons omdraaiden en ik met enige waardigheid met één hand mijn decolleté op orde bracht, stonden we zowat neus aan neus met de koeien en kalfjes. We voelden hun hete adem in ons gezicht, zij stonden uit te hijgen van dit sprintje, uiteindelijk hadden ze zojuist een behoorlijke helling genomen.
  
                            ***************************

RECEPT

TUTTI-FRUTTI PLAATCAKE.



Vierkante bakvorm 23 x 23 cm, eventueel met uitneembare bodem.
Ingrediënten:

-     -  180 gram roomboter op kamertemperatuur
-     -  150 gram suiker
-     -   4 eieren op kamertemperatuur
-     -  100 gram abrikozenjam
-    -   1 theelepel kaneel
-    -    200 gram zelfrijzend bakmeel
-    -    30 gram walnoten
-   -    150 gram tutti frutti

Verwarm de oven voor tot 175 graden.
Vet de bodem van de bakvorm in en bedek de bodem met bakpapier.
Laat de tutti-frutti weken of kook de vruchten een paar minuten voor  in een beetje water met kaneel.  Af laten koelen en goed uit laten lekken.

Klop in de keukenmachine of met de mixer eerst de suiker met de boter zacht.
Voeg vervolgens een voor een de eieren er bij en dan de abrikozenjam en 1 theelepel kaneel.
Zeef het bakmeel met een snufje zout en mix het geheel tot een mooi glad beslag.
Schep het beslag in de bakvorm en strijk het glad.
Verdeel vervolgens de tutti-frutti en de in stukjes gebroken walnoten over het beslag.
Bak de cake in ongeveer 30 minuten gaar en goudbruin.
Laat afkoelen op een rooster.
Verwarm nog een beetje abrikozenjam met een eetlepel water en bestrijk de plaatcake er mee.
Lekker bij een kopje thee of koffie.

            



            Ook als dessert te gebruiken met slagroom en een bolletje vanille ijs er bij.

                                                 ********************

zaterdag 15 november 2014

Van de ene vakantie naar de andere vakantie.



Inderdaad we waren nog niet terug van de ene vakantie, of we keken alweer uit naar de volgende vakantie.
Joep, was directeur van een basisschool, dus dan zijn de vakanties aardig over het hele jaar verspreid.
Ruwweg; 6 à 8 weken op en dan weer een vakantie in zicht!
We hopten van de Veluwe naar “ La France Profonde”.
Soms in gezelschap van een dochter met vriendje of mijn moeder, schoonouders of met zijn tweeën.
Afhankelijk van het seizoen, kwamen er ook vrienden en bekenden langs.
Elke keer was het weer een feestje om terug te zijn in onze “fermette”.
Lekker knus tijdens de Herfst, ’s avonds de grote open haard aan. Hoewel het overdag soms nog boven de 20 graden kon zijn.



Heerlijke temperatuur om buiten te werken en om een begin te maken met het ontwerp van de tuin, wat ik in mijn hoofd had.
Niet alleen in mijn hoofd, maar in Nederland ook op papier gezet, met namen van planten er bij, die goed zouden gedijen op de klei.
In de toekomst wilde ik een moestuin aanleggen. Daarnaast wilde ik een groot rond perk hebben, zodat het aan het einde van de cour niet alleen maar groen gras zou zijn.
De bescheiden perken bij het huis gingen we vergroten en beplanten.
Nou is dat niet één, twee, drie gepiept, met het werken in zware klei en dat kwam ook bij lange na niet in één vakantie af.

De overbuurman, Didier, kwam ook weer eens langs en nodigde ons uit voor een aperitief, om ook kennis te maken met zijn vrouw. Hij was een druk mannetje, hij praatte met handen en voeten!
Wilde bewegingen, tijdens een gesprek om zijn woorden kracht bij te zetten, waren hem niet vreemd, om dan ineens over te schakelen op een fluisterende samenzweerderige toon over iets onbenulligs!
Vooral als het er over ging hoe je ergens voordelig aan kon komen!

Voordat we naar ze toe gingen, wilden we toch “iets” voor ze meenemen.
Op onze boodschappentoer in Moulins zagen we dat er overal chrysanten in pot, werden aangeboden. Na lang nadenken en rondkijken besloten we maar een mooie grootbloemige chrysant mee te nemen.


Op de betreffende middag reden we op het afgesproken tijdstip naar de overkant. Didier, stond op zijn erf als volleerde parkeerwachter aanwijzingen te geven hoe we de auto het beste konden parkeren!
Er stonden verschillende huizen. Hij woonde in het grootste vrijstaande huis en het laatste huis aan de andere kant van de oprit was ook van hem, met daar tussenin een paardenstal.
Nadat we elkaar begroet hadden stelde Didier, ons aan zijn vrouw voor, een bescheiden rustig type en ze heette Ginette.
We gaven onze chrysant en hij bedankte ons héél beleefd en keek eigenlijk een beetje vragend naar zijn vrouw!?
Maar goed de plant werd op een tafeltje gezet en we kregen een rondleiding door het huis; wat hij er aan veranderd had, hoe hij economisch in combinatie met hout het huis elektrisch verwarmde, noem maar op.
Hij had twee grote pony`s, gewoon voor de gezelligheid.
Die moesten eerst nog even op stal gezet worden. Hij haakte een stuk schrikdraad aan een ander hek, zodat er een soort sluis ontstond en riep de pony`s.
Zijn mond stond geen moment stil, terwijl hij met een bakje brokjes stond te rammelen.
De pony`s liepen keurig zelf hun stal in en werden beloond met de brokjes en wat vers hooi.

Toen we terugkwamen in de woonkeuken annex zitkamer, een mooie ruimte met natuurstenen muren en een grote open haard, stonden er op de grote robuuste lange tafel een fles champagne met 4 glazen klaar.
Zijn vrouw, Ginette was bezig om een pakje lange vingers kunstzinnig om en om als een toren op een wit bord te rangschikken.
Alvorens we gingen zitten, veegde Didier een mooie langharige kat, die op de tafel op een rolletje lag te slapen, al pratend alsof er een stofje lag, van tafel!
Zo te zien kon Ginette dat niet zo waarderen.

De fles werd geopend, de glazen werden met het bruisende vocht ingeschonken en we klonken op de toekomst in goede gezondheid als buren.
De lange vingers werden ook gepresenteerd!
Nou vond ik dat toch een beetje rare combinatie, ik dacht ze had zeker geen nootjes of zo in huis.

Maar héél veel later kwam ik er achter, bijvoorbeeld bij een vernissage van een expo, dat het heel normaal was om de roze “lange vingers”, de “Biscuits roses de Reims”  bij champagne te serveren.


Inderdaad is het een zalige combinatie.
Volgens de overlevering zijn deze koekjes al rond 1690 ontstaan.
Waarschijnlijk hield Ginette zich aan de “à la campagne” combinatie ervan!

Een beetje licht in het hoofd reden we een poos later, na een gezellig gesprek, maar toch wel vermoeiend en met soms wat spraakverwarringen, in het donker naar huis.

Een paar dagen later drong het tot ons door dat we toch wel een grote blunder hadden gemaakt met onze mooie okergele/roestbruine groot bloemige chrysant!
Het begon ineens te dagen bij ons; dat er toch iets meer aan de hand moest zijn, dan alleen een leuk plantje verkopen.
Bij de Carrefour bijvoorbeeld, was op de parkeerplaats een grote tent opgezet, waarin de chrysanten in pot van klein tot héél groot in allerlei kleuren werden aangeboden.
Wat bleek nou, in die week was het “Toussaint”, Allerheiligen met aansluitend Allerzielen en dan werden er altijd chrysanten op de graven van overleden dierbaren gezet!

Na Allerheiligen en Allerzielen, kwamen we in Nevers toevallig langs een grote begraafplaats en daar was het één bloemenzee in de meest uiteenlopende kleuren; indrukwekkend.


                            ************************

RECEPT.

POMPOENSOEP.

In de Herfst kun je daar eigenlijk niet omheen.

Ingrediënten;

- 1 biologische oranje pompoen
- 1 bosuitje
- 1 wortel
- 1 teentje knoflook 
- 1 prei
- 1 theelepel kerriepoeder
- crème fraîche
- roomboter
- 75 cl tot 1 liter bouillon van groentebouillon blokje
- peterselie

Was de pompoen schoon, snijd hem in parten, haal de zaden en draden er uit.
Snijd hem in grove stukken.
Maak de wortel en prei schoon en snijd de wortel in stukken.
De prei en bosui in fijne ringetjes snijden. Houd van de prei wat fijngesneden groen apart.

Laat de boter in een soeppan of gietijzeren pan smelten en fruit de ui, wortel en prei even aan met een theelepel kerriepoeder.
Voeg de stukken pompoen toe en knijp het teentje knoflook er boven uit en roer alles goed om. 
Voeg de 75 cl bouillon toe en laat de soep ongeveer 20 minuten zachtjes pruttelen.
Als de pompoen gaar is, het geheel met de staafmixer pureren. Als de soep na het pureren nog te dik is, voeg dan nog wat bouillon toe en naar behoefte peper en zout.

Serveer de soep, maar voeg op het laatst wat van de achter gehouden knapperige prei, de crème fraîche en peterselie toe.



                                             ********************

zaterdag 1 november 2014

Maaien!


We waren nu al een paar weken in Frankrijk en hadden de meeste dingen geregeld, water, elektra en telefoonaansluiting.
De verhuisdozen waren uitgepakt, badkamer en WC gesausd en het onkruid was redelijk onder controle, dus het leek er al een beetje op.
Er waren wel dingen die we ooit nog wel eens wilden veranderen, géén rigoureuze verbouwing, maar een beetje opfrissen.
Het alpen behang zou er wel een keer aan moeten geloven, maar goed daar was voorlopig mee te leven.
En bijvoorbeeld ook het bad met zijn plasticgordijntje er om heen!

Tussen de bedrijven door, hadden we de omgeving een beetje verkend.
Af en toe bezochten we een brocante, heerlijk rondstruinen tussen van alles en nog wat.




De mensen gadeslaan, genieten van een glaasje op een terras, waar dan uit de luidsprekers van het dorp, héél sfeer verhogend de tophit van Charles Trenet uit de jaren veertig; “La romance de Paris” schalde.
Soms werd het nummer door voorbijgangers zachtjes mee geneuried en een ander liet horen dat hij de tekst van buiten kende en zong uit volle borst mee!



Helaas kwam de datum dat we terug zouden moeten gaan naar huis in Nederland, akelig dichterbij!
Ineens hadden we twee huizen, waar we konden zijn!?

Een doorn in ons oog was nog wel het veel te hoge gras overal.
Het trok niet alleen ongedierte aan, maar het zag er ook zo onverzorgd uit rondom het huis.
Zo hier en daar hadden we al gekeken naar maaimachines, maar daar waren we nog niet, de vraag was welk type machine het meest geschikt zou zijn.
Maar, zo tegen het eind van de vakantie, was het geluk met ons!

Op een ochtend zagen we dat er een Renault Express stopte, die  keurig buiten ons hek werd geparkeerd en er kwam iemand aanlopen richting huis.
Een gebruind, alweer goed gevuld mannetje in korte broek, keurig gestreken overhemd en de voor Franse mannen vaak onafscheidelijk lederen handtas, bungelde aan zijn pols.
Hij kwam zich voorstellen, hij was de overbuurman.
Als we in de kamer stonden, konden we nog net een puntje van zijn dak zien. Er stonden nog een paar andere huizen, maar wij hoorden van hem dat waren zomerhuizen.
Hij woonde er permanent, was getrouwd en was met pensioen.

Nadat we over en weer wat wetenswaardigheden, waar wij vandaan kwamen e.d., hadden uitgewisseld en een kopje espresso op het terras hadden gedronken, kwam al gauw het veel te hoge gras ter sprake.
Hij wist wel een oplossing: “Vraag aan de buren van de boerderij hier naast of ze het willen maaien en hooien en laat ze het hooi houden!” zei hij terwijl hij naar links op de boerderij wees.
Volgens hem waren het erg aardige mensen en hadden ze ongeveer 60 koeien, geen melkvee en 160 hectare land!
Je zou zeggen, zitten ze dan nog verlegen om een paar hooibalen?
Maar het was een goede tip en we konden het proberen.
Na een poosje moest hij weer eens opstappen, tijd voor zijn aperitief!
Met de belofte dat we een volgende keer ook kennis zouden komen maken met zijn vrouw, vertrok hij.
Mochten we vragen of problemen hebben, we konden hem altijd inschakelen.
erg aardig van hem.

Joep, liet er geen gras overgroeien, dat deed het toch al hard genoeg en ging de volgende ochtend naar de betreffende boerderij.
Daar was het even zoeken naar iemand, zoals ik later hoorde, maar uiteindelijk vond hij twee mannen in een immens grote stal. Daar stond inderdaad een respectabel aantal koeien van het witte Charolais ras.
Joep, legde de situatie uit en met boeren nuchterheid was het antwoord kort en krachtig: “C`est bon!”
Geen moeilijke vragen verder en ze, het waren vader en zoon, zouden de volgende ochtend komen.
Joep zei: “Het zijn aardige lui, met verweerde koppen door de zon, beetje terughoudend, we zullen zien!”


Inderdaad de volgende ochtend hoorden we een tractor aankomen op ons weggetje. Bij nader inzien waren het er twee, vader en zoon ieder op een tractor.
Er werd even overleg gepleegd wat de bedoeling was.
In ieder geval moesten de twee weiden gemaaid worden.
Als het kon ook de stukken rondom het huis, omdat we nog geen geschikte maaimachine daarvoor hadden gevonden.
Geen probleem, waar ze bij konden komen zouden ze maaien, dat hield wel in dat ze niet helemaal in de hoeken van de weiden konden komen, daar waren de tractoren te groot voor.
Wij helemaal happy, toen ze aan het werk gingen en erg goed voor onze hooikoorts met al dat rondvliegende gras……….!

Na gedane arbeid, nou ja zitten in de cabine, muziekje aan en alle hendels bedienen, vroegen we of ze iets wilden drinken.
Ja, dat wilden ze wel en keken ze eerst op hun horloges.
Wij moesten nog wel even aan het Franse ritme wennen! Het was rond half twaalf, dus een whisky ging er wel in.
Joep, deed ook mee alsof het de gewoonste zaak van de wereld was om na je ontbijt, het bord met het stevige mengelmoesje van alles, over te schakelen op de whisky!.
Hun terughoudendheid lieten ze varen en we waren al gauw in een geanimeerd gesprek verwikkeld.
 Ze hadden een Poolse achternaam en de vader was op zijn tweede jaar met zijn ouders in Frankrijk komen wonen.
Na een half uur werd er weer op hun horloges gekeken, ze moesten maar eens opstappen om te gaan eten.
Ze zouden na een dag, als het zulk mooi weer bleef terugkomen om het gras om te gooien. We hoefden er niet voor thuis te blijven, als het hek van de weide maar open was.
Prima geregeld dus en toen was de dag aangebroken dat ze balen van het hooi gingen persen.
Na het handen schudden en “Ça va?” over en weer gingen ze aan de slag.
Er werden niet van die kleine baaltjes maar de grote ronde balen geperst.


Per stuk ongeveer driehonderd kilo en er kwamen ergens achter in de twintig, balen van af, dus een zeer goede oogst.
Maar voor het mooie was het gras toch wel aan de late kant gemaaid, dan is de kwaliteit van het hooi minder.
De whisky fles kwam weer op tafel en er werden zelfs grapjes over en weer gemaakt.
Nu het ijs gebroken was, werden we ook gevraagd om bij hen te komen voor een  aperitief.
Dat zou dan ook in een volgende vakantie gaan gebeuren, want we moesten toch echt eens gaan pakken.
Als we weggingen zouden zij wel een oogje in het zeil houden.
Kijk dat is dan weer eens handig, dat boeren over het algemeen nieuwsgierig zijn.
Dat niet alleen maar ze zijn gewend om te “schouwen” om het gedrag van hun vee in de gaten te houden.
De balen zouden ze nog ophalen en dat werd gedaan met wel hééle grote prikkers voor aan de tractors.


Toen moesten wij met pijn in ons hart in de auto stappen en de boel achterlaten.
Onze keurige gemaaide weiden – met nog wat plukkerige hoekjes hier en daar – ons huis met de luiken dicht, afgesloten water en elektra en toegangshek op slot.
Tja, er zat niets anders op en we keken zo lang mogelijk nog eens achterom!


                                           ************************

RECEPT

Uit de oven:

Aardappelen, wortels, pastinaak en kippen drumstick.

Ingrediënten voor twee personen:

- 3 grote aardappelen
- 2 grote winterwortels
- 1 grote pastinaak
- 2 eetlepels olijfolie
- 2 teentje knoflook
- Italiaanse kruiden.

Verwarm de oven voor  op 210 graden.
Bekleed een bakplaat met bakpapier.

Schil de aardappelen en groenten met dunschiller, snijd alles in een beetje gelijke repen en kook alles in één pan ongeveer 7 minuten voor.
Laat daarna uitlekken in een vergiet.

Braad de kippen drumsticks aan in koekenpan of gaar ze voor in de magnetron.

Spreid alles uit op de met bakpapier beklede bakplaat, strooi er de kruiden over heen, leg de hele knoflookteentjes er tussen en besprenkel met olijfolie.
Rommel alles met de handen nog een beetje door elkaar, zodat de olie goed is verdeeld.

Schuif de bakplaat in het midden van de oven voor plm. 40 minuten, totdat alles mooi goudbruin en gaar is.



                                         Een groene salade past er ook goed bij.                                    
                                                       ***************





woensdag 15 oktober 2014

Nu nog even telefoonaansluiting regelen....



Op een eveneens weer zonnige ochtend, stond ik in de badkamer op het punt om eens een uitgebreide dip te nemen.
We hadden al ontdekt, dat er waarschijnlijk in ons onderbewustzijn potentiële viespeuken schuilden!
Want was er niet gemakkelijker dan zo uit je bed een korte broek met hemdje aan te schieten en met een kopje thee buiten rond te lopen of op het terras de eerste zonnestralen te begroeten.
Om dan vervolgens te vergeten dat er nog gepoedeld moest worden, omdat we ons toch vaak gelijk in het zweet werkten met onkruid trekken, zagen, sjouwen of andere buiten werkzaamheden.
Weliswaar regelmatig onderbroken door koffie en eetpauzes.
Het badderen werd dan verschoven naar het eind van de middag voordat we ons bijvoorbeeld weer onder de mensen zouden begeven!
Deze ochtend hadden we een bezoek aan “France Telecom” in Moulins op de agenda staan om een telefoonaansluiting te regelen.

Joep, was Dixie aan het uitlaten en ik kon de aanblik van het lege bad niet weerstaan.
Om vooral maar geen zonnestraaltje te missen, had ik de ramen van de badkamer wijd open gezet. Het permanent aangebrachte horrengaas aan de buitenkant van de kozijnen zorgde er voor, dat ik niet op mijn qui-vive hoefde te zijn voor eventuele grote en of kleine stekende engerds.



Toen het bad vol was en het badschuim een heerlijke landelijke lavendelgeur verspreidde en ik op het punt stond er in te stappen, hoorde ik ineens een mannenstem, voor mijn gevoel dichtbij, indringend achter elkaar iets roepen.
In de stilte van deze ochtend, was dat wel het laatste wat ik verwachtte.
Geïrriteerd dacht ik bij mezelf: “er is niemand thuis, hoor!”
Een bel aan de deur hadden we niet en de deur was niet op slot.
Ik liep in Evakostuum met een handdoek omgeslagen, naar het raam, dat zit gelukkig nogal hoog, maar ik zag niemand.
Vervolgens sloop ik naar het open keukenraam en verschool me achter de kapstok en ja hoor, daar liep de boosdoener.
Een klein gebruind, gevuld mannetje met blote armen en een stok in zijn hand, die met een zoekende blik rondliep en alsmaar “bête…., bêe-te…, bêe-te!!” riep, zoals wij “poes…poes…poe-oes roepen, maar dan met meer decibels.
Gelukkig liep hij niet op onze grond, maar in de weide ernaast, dus kon ik opgelucht concluderen, dat hij bij ons niets te zoeken had!
Ik liet de “bêtes” voor wat het was en dook het bad in.



Na enige tijd hoorde ik door de open ramen weer stemmen, maar één er van herkende ik, het was Joep en ik hoorde goedgemutst “Bonjour Monsieur”.
“Ze zoeken het maar uit! “ dacht ik en dook nog iets dieper in het schuim.

Een paar minuten later kwam Joep binnen en vroeg overbodig:
“O, lig je in bad?”
Hij vervolgde opgetogen, terwijl hij tegen de deurpost leunde: “Ik heb net kennis gemaakt met de buurman, nou ja buurman, hij huurt de weide hiernaast en woont twee kilometer verderop”.
“Ik heb hem ook gezien, wat voor “bête” zocht hij?
Hij kwam zijn stier ophalen. Een joekel van een beest en hij liep net als een hondje, aan een touw rustig achter hem aan!
De volgende keer als hij weer komt, vraag ik of hij iets komt drinken, we moeten uiteindelijk een beetje contact met de mensen hier krijgen”.
“Ja, lijkt me leuk, een volgende keer, want het praat waarschijnlijk een beetje moeilijk vanuit het bad met een stier op het terras erbij!”


Gelukkig waren we nog net voor de middagsluiting op het kantoor van “France Telecom”.
Voordat we weg wilden gaan, vertoonde de “broyeur”  weer één van zijn kuren.
Ondanks zijn dappere poging, gepaard gaande – zoals altijd – met veel gekreun, bleef het water bij het doortrekken maar stijgen in de pot.
Meestal ging het op het laatste moment nog goed en slurpte hij alles gulzig weg.
Dit keer leek het erop, dat het fout zou gaan, dus ik had in no-time de dweil, mop en emmer gepakt en stond in spanning af te wachten wat er ging gebeuren.
Op het allerlaatste moment, nadat ik nog wat paniekerig op de knop had staan drukken en mijn mond al open had om een noodkreet richting Joep te sturen, verdween de watermassa gorgelend door de afvoer.
Zo een grote hoeveelheid water ineens was hem kennelijk toch te machtig, want aan de zijkant op de vloer verscheen een plas water.
Alle hulpmiddelen had ik bij de hand, dus geen paniek.
Ik rukte de stekker uit het stopcontact en draaide de waterkraan dicht en zei tegen Joep: “Zullen we gaan?”
Ik dacht, ik zeg niks want anders gaat hij hem gelijk weer opnieuw afstellen en dat kon dan nog wel eens een poosje duren!


Het kantoor van France Telecom was gevestigd in een modern gebouw.
Een ruime sortering van telefoontoestellen met toeters en bellen, met of zonder draad, lachte ons tegemoet.
Bij de balie werden we verwezen naar een andere juffrouw achter een computer.
Thuis hadden we nog even wat trefwoorden in het woordenboek opgezocht. We konden dus redelijk snel de reden van ons bezoek duidelijk maken.
We wilden een telefoonaansluiting!
De vriendelijke juffrouw stelde ons in super duidelijk te verstaan Frans een paar vragen.
Was er al een aansluiting? Hoe luidde de naam van de vorige eigenaar?
Vervolgende rommelde ze wat op het toetsenbord van de computer en schreef met duidelijk cijfers een nummer op een papiertje.
“Voilà!” ons telefoonnummer.
Wanneer wilden we aangesloten worden?
We keken elkaar onderzoekend aan, want om nou gelijk ‘zo vlug mogelijk” te zeggen, vonden we een beetje brutaal.
Voordat we konden antwoorden gaf ze zelf al antwoord: “Demain matin?”
“Morgenochtend? Qui, c`est bon!”
Vervolgens namen we de tarieven door en de formulieren werden ingevuld.
Onze volgende stap was het uitzoeken van een toestel.
Onze aansluiting voor de telefoon zat op een ongelukkige plaats in de keuken, bij de WC deur, dus Joep voelde wel iets voor een draadloze telefoon.
We bekeken diverse toestellen, maar ineens zagen we ons al ontspannen op het terras zitten bellen naar Nederland, met als gevolg een torenhoge telefoonrekening.
We besloten de goedkoopste wandtelefoon in een vrolijke gele kleur te nemen.
Dan maar boven het gekreun van de “broyeur” uit naar Nederland roepen: Alles goed hier, doei!!!”.
En wat ook niet onbelangrijk was, dat als de stroom uitviel we toch nog gewoon ouderwets konden bellen.
Er werd ons gevraagd de volgende ochtend nummer dertien te draaien, zodat ze konden controleren of de aansluiting goed was.
Buiten keken we elkaar onbegrijpend aan en Joep zei verwonderd: “Volgens de Wildwestverhalen kan er nooit iets in Frankrijk, alles komt "morgen” wel.
Wat wil je nog meer, we krijgen morgen telefoon!”
  

                                   ******************************

RECEPT

BIENENSTICH 

Al jaren is de Bienenstich in onze familie een doorslaand succes! 
Bij iedere gelegenheid of we maken die gelegenheid, komt hij op tafel!
Weliswaar kant en klaar vers gebakken, van de bakker uit het dorp in Limburg, waar onze dochter woont. Ik heb op diverse Duitse sites zitten zoeken naar een recept, waarvan het onderstaande recept mij het meest aansprak.
Dus proberen maar?!

Ingrediënten:

- 5 eieren
- 140 gram suiker
- 140 gram bloem
- 10 gram maïzena
- 2 theelepels bakpoeder
- geschaafde amandelen of amandelpoeder.

Voor de vulling:
- 1/4 liter slagroom
- 1 blikje vlaaifruit; kersen.

Verwarm de oven voor op 175 graden.
Vet een springvorm, diameter 26 cm in of bedek de bodem met bakpapier.

Splits de eieren.
Roer de eiwitten met een klein gedeelte van de suiker stijf en glanzend.
Klop de dooiers met de rest van de suiker mooi glad, lobbig en lichtgeel van kleur.
Spatel de gezeefde bloem, maïzena en bakpoeder door het dooier mengsel. Doe daarna voorzichtig de eiwitten er doorheen. 
Vul de bakvorm, strijk het deeg gelijkmatig uit en strooi wat amandelpoeder met een beetje suiker over de bovenkant.

Bak de Bienenstich in plm. 25 minuten in de oven.
Laat hem een paar minuten afkoelen in de vorm. De zijkanten moeten los van de vorm zijn. Verwijder de vorm en laat hem helemaal koud worden, alvorens hem horizontaal door te snijden.

Smeer op de ene helft het vlaaifruit gelijkmatig uit. Klop de slagroom stijf, vermengd met een zakje "Klop-Fix". Spuit of smeer de slagroom op de kersen.
Leg de andere helft hier bovenop en bestrooi naar behoefte met poedersuiker.
Zet hem een paar uur afgedekt in de koelkast.



Conclusie: hij smaakt heerlijk, alleen  zet ik op MIJN oven de temperatuur voortaan iets lager plm. 160 à 165 graden, zodat de bodem en zijkanten iets minder bruin worden. Dan maar een paar minuten langer in de oven laten staan.

                                                          ******************